Woonbiologie voor een gezonde woning
16 Jun, 2015
Door: Thijs Tjaden
Het vak van woonbioloog is een beroep wat men in de praktijk moet leren. Er zijn verschillende opleidingen te volgen om woonbioloog te worden. Ongelooflijk belangrijk als basis, maar het is net als met de meeste beroepen: men leert een aantal basisbegrippen en regels, maar de finishing touch leer je in de praktijk. De woonbioloog onderzoekt de woning en de omgeving hiervan op ziekmakende eigenschappen, met als doel de woning ‘gezond’ te maken.
Aan het begin van onze jaartelling was er ruimte genoeg om woningen te bouwen. Wanneer er ergens een dorp gesticht moest worden, keek men in eerste instantie naar de primaire zaken, zoals bodemgesteldheid, transportmogelijkheden en de aanwezigheid van drinkwater. Daarom zijn de meeste steden en dorpen te vinden langs rivieren of meren. Alvorens huizen te bouwen, werd er een groot gebied verkaveld en op ieder kavel werden schapen uitgezet. Na verloop van tijd werden de schapen geslacht en hun ingewanden gecontroleerd op afwijkingen. Zodra een bepaalde groep schapen te veel afwijkingen aan de ingewanden bleek te hebben, mochten er op de bewuste kavel geen woningen worden gebouwd. In die tijd had men, voor zover wij weten, geen zendmasten, dus was deze onderzoeksmethode er alleen maar op geënt om de invloed van de kosmische- en de aarde-energieën in kaart te brengen. Men wist toen al dat bepaalde plekken niet geschikt waren om woningen te bouwen. Of dit nu werd ingegeven door intuïtie of uit ervaring is niet te zeggen.