Creatief zijn loont - en jij kan het ook

15 Dec, 2022

Door Brenda Dekkers

‘Ik ben niet creatief’, heb je vast wel eens iemand horen zeggen. Misschien was je het zelf wel. Nu is creatief zijn inderdaad niet iets waar je je als zorgprofessional op moet willen onderscheiden. Je bent immers geen creatief ondernemer, zoals ik. Maar het helpt je bedrijf en je cliënten wél als je creatief onderneemt.

Toen ik lang geleden voor een grote financiële instelling werkte op de afdeling communicatie, stelde een van mijn belangrijkste relaties me tijdens een evenement trots aan zijn vrouw voor als ‘zo’n lekker gek mens’. En de productmanagers bij de bedrijven waar ik in mijn reclamebureau-tijd creatief werk kwam presenteren, keken daar vaak al weken naar uit: een cabaretvoorstelling tijdens werktijd! Ik speelde daarop in door me wat wilder te kleden en de nodige gekkigheid in de presentatie te verwerken. Zo stond ik ooit eens op de rug van mijn collega-creatief te schrijven, om een of ander punt te maken. Die gekke creatieven toch.

Alleen ben ik niet gek. Nu niet en toen niet. Het enige wat ik deed, was gebruikmaken van een onverwachte manier om mijn doel te bereiken en dat deed ik heel bewust. En dat is iets wat elke ondernemer van pas komt. Echte ondernemers zetten namelijk creativiteit in om te groeien en nog succesvoller te worden.
Gelukkig kun jij ook creatief zijn. Sterker nog, je bent het al. Kijk maar hoe je steeds de juiste behandeling vindt voor je cliënt. Hoe je tóch een gaatje vindt in je agenda. Nu we dat hebben vastgesteld, kunnen we het hebben over het verder stimuleren van je creativiteit als basis voor innovatie en groei.

Nou is creativiteit gebruiken als het ‘moet’ wel iets anders dan een schilderij maken in je vrije tijd. Je hebt dan namelijk de neiging om er druk op te zetten en dat werkt niet. Probeer dus zorgeloos en vrij te denken. Parkeer je oordelen en eisen en kijk op een ongewone manier naar zaken. Wees nieuwsgierig. En flexibel: laat de controle los, en je faalangst erbij. ‘Streef onbekommert naar het ideale’, zoals Loesje ooit schreef. (Ja, lekker gek met een t.)

Een ‘warming up’ helpt daarbij. Wij begonnen altijd met een rondje slechte ideeën en dan gingen we door voor het zesje: het eerste idee wat enigszins oké was, mocht aan de muur. Dan is de zorg dat je helemaal niets kunt verzinnen vast weg. Dat aan de muur hangen is trouwens best belangrijk. Als je ideeën ophangt of om je heen op de grond legt, dan heb je overzicht en geheugenruimte om nieuwe dingen te bedenken. Tekenen of in elk geval denken in beelden helpt ook om anders te denken. Een krabbel en een paar woorden zijn vaak genoeg.

Heb je een hele berg ideeën, dan wordt het tijd om te combineren en uiteindelijk te schrappen. Geen zorgen, je hoeft niets weg te gooien. Kijk welk idee je op dit moment het beste vindt, de innovatie waar je mee wilt beginnen en ga dat concreet maken. Oh, nog een laatste tip: denk vooral niet dat het allemaal leuk moet of gaat zijn. Naar mijn mening (en ervaring) ontstaan de beste ideeën op het moment dat je van ellende met je hoofd tegen het raam staat te bonken of overweegt een hap uit het tapijt te nemen. Een mix van totale wanhoop en botte verveling, dus. Ik ben benieuwd wat je gaat bedenken!