Luisteren met je hart
17 Dec, 2020
Door Karlien Bongers
Volgens de oude vedische geschriften, de Upanishads, kun je de mens vergelijken met een wagenmenner met vijf paarden ervoor. De paarden zijn onze zintuigen, de wagen ons lichaam en de menner ons denken. De teugels staan symbool voor ‘de geest’. Een ongetrainde menner zit slapend op de wagen zodat de paarden bepalen waar de wagen heengaat. Het ene paard ziet een mals grassprietje, de ander ruikt hooi, de derde schrikt van een hard geluid. De wagenmenner kan door ademhalingsoefeningen, yogahoudingen en meditatie trainen om wakker en alert met de teugels de paarden te leiden.
Alle organismen scannen hun omgeving om mogelijke gevaren en hun kansen voor voedsel en groei in te schatten. Gevaren en kansen verschillen per soort, evenals de manier waarop elke soort zijn leefomgeving beoordeelt. Daar waar de groei van bomen bijvoorbeeld (mede) door de wind wordt bepaald en de groei van erwtjes door zonlicht, worden bijen en dagvlinders aangetrokken door paarse bloemen terwijl nachtvlinders juist witte bloeiers prefereren.
Net als andere zoogdieren gebruikt de mens de zintuigen om informatie uit de omgeving te verkrijgen. Lichtgolven worden opgevangen door de ogen, geluidsgolven door de oren, geur- en smaakmoleculen door de neus c.q. de tong en gevoelsprikkels van druk, temperatuur en pijn via de gevoelszenuwen van de huid en slijmvliezen. De informatie wordt in het zenuwstelsel omgezet in elektrische potentialen. Deze zogenaamde actiepotentialen reizen via opstijgende (afferente) zenuwvezels naar het brein. Daar wordt de informatie uit de omgeving verder geanalyseerd, zodat een adequate reactie kan volgen via afdalende (efferente) zenuwvezels. Het overgrote deel van dit proces gebeurt onbewust. Naast elektrische golven maakt het zenuwstelsel voor het transport van informatie gebruik van de zogenaamde neurotransmitters ter hoogte van de neurale synapsen. Voorheen werd een duidelijk onderscheid gemaakt tussen neurotransmitters en hormonen. Tegenwoordig weten we dat hormonen, zoals noradrenaline, oxytocine, dopamine, serotonine en GABA, soms als neurotransmitter werken en soms meer als hormoon. Zo is ondertussen bekend dat neurotransmitters niet alleen effect hebben op de werking van het zenuwstelsel maar ook op de werking van andere lichaamscellen zoals bijvoorbeeld de voor het immuunsysteem zo belangrijke witte bloedcellen.1
- Wisneski LA, Anderson L. (2009) The Scientific Basis of Integrative Medicine. 2e druk. Philadelphia: Taylor & Francis Inc.
- Garcia-Velasco J, Mondragon M. The incidence of the vomeronasal organ in 1000 human subjects and its possible clinical significance. J Steroid Biochem Mol Biol. 1991 Oct;39(4B):561-3.
- Kirschvink JL, Kobayashi-Kirschvink A, Woodford BJ. Magnetite biomineralization in the human brain. Proc Natl Acad Sci U S A. 1992;89(16):7683-7687.
- Pollard J, Reid H. (2007) Alexandrië: de geboorte van het moderne denken. Amsterdam: Atlas Contact.
- McCraty R, Atkinson M, Tomasino D, Bradley RT. The coherent heart: heart-brain interactions, psychophysiological coherence, and the emergence of system-wide order. Integral. Rev. 2009 Dec; 5(2): 10–115.
- McCraty R, Zayas M. Intuitive Intelligence, Self-regulation, and Lifting Consciousness. Glob Adv Health Med. 2014;3(2):56-65.