Dementie
20 Feb, 2019
Door Drs. Nadja van de Kleut
Dementie is een veelvoorkomende aandoening met vele oorzaken. Een op de vijf mensen krijgt ermee te maken en onder de vrouwen zelfs een op de drie. Momenteel telt Nederland ongeveer 270.000 mensen met dementie. De meest voorkomende vorm is alzheimer. De belangrijkste risicofactor met betrekking tot de ontwikkeling van dementie is ouderdom.
Dementie is eigenlijk een verzamelnaam voor meer dan vijftig ziektes en betekent letterlijk ‘ontgeesting, geestelijke aftakeling’. Er zijn een aantal symptomen aanwezig die duiden op het feit dat de hersenen de informatie niet meer goed kunnen verwerken. Naast alzheimer (50-60 procent), zijn ook vasculaire dementie (10-15 procent) en Lewy body dementie (10 procent) veelvoorkomende vormen. Frontotemperale dementie (3-12 procent) komt relatief vaak voor bij mensen die jonger zijn dan 65 jaar. Dementie kan bovendien ook optreden bij andere aandoeningen, zoals parkinson, huntington en aids.
Uiteindelijk zal dementie, meestal indirect, tot de dood leiden. Vanuit de DSM-5 wordt het een ernstige neurocognitieve stoornis genoemd: er is sprake van een verminderd cognitief functioneren door hersenafwijkingen die op latere leeftijd zijn ontstaan.
Bij dementie sterven hersencellen af of functioneren de verbindingen tussen hersencellen niet meer goed. Het gevolg is dat hersendelen steeds minder goed gaan functioneren en dat uit zich onder andere in gedragsveranderingen. Soms verloopt de achteruitgang heel snel, maar het komt ook voor dat een dementerende nog jarenlang een redelijk gewoon leven kan leiden.
De klachten die ontstaan, zijn gerelateerd aan het denken, het oriëntatievermogen, het begrip, het leer- en oordeelvermogen en taalgebruik. Aan het bewustzijn verandert verder niets. Aanvankelijk wordt het kortetermijngeheugen vooral aangetast en pas in een later stadium het langetermijngeheugen. Ook nieuwe informatie opnemen wordt steeds lastiger en er ontstaan problemen met lezen, praten, schrijven en rekenen. Daarnaast kan iemand met dementie steeds minder goed zelfstandig handelen en eigen initiatieven nemen; beetje bij beetje gaan veel sociale vaardigheden verloren. Er kunnen persoonlijkheids- en gedragsveranderingen optreden. In een later stadium treedt desoriëntatie in tijd en/of plaats op, kunnen patiënten last krijgen van angsten, hallucinaties, wanen, hyperactiviteit, rusteloosheid, agitatie en/of depressie. In de laatste fase van dementie is de persoon erg hulpbehoevend en toont nog weinig herkenning van familie en omgeving. Iemand met dementie zal uiteindelijk verzwakt raken en overlijden aan een infectie of vanwege het uitblijven van de slikreflex. Mensen met dementie leven gemiddeld acht jaar met deze ziekte, waarna ze komen te overlijden.
Lees het gehele artikel vanaf pagina 44 in VNIG 2/19.
Wilt u het hele artikel als PDF ontvangen? Bestel het dan hier voor € 3,50
Bronvermelding: