Voetreflexmassage voorafgaand aan hartangiografie vermindert angst
17 Sep, 2018
In het tijdschrift Complementary Therapies in Clinical Practice is een studie verschenen waarin verpleegkundig onderzoekers van de Zanjan Universiteit te Iran rapporteren over de invloed van voetreflexbehandelingen op angst bij mannen die een coronaire angiografie moeten ondergaan (Ramezanibadr, Amini, Hossaingholipor, & Faghihzadeh, 2018).
Bij hartkatheterisatie (coronaire angiografie) kijkt of luistert een cardioloog niet alleen van buiten het lichaam naar het hart, maar doet hij ook onderzoek in hart en kransslagaders zelf. Dat gebeurt door middel van een katheter die door de huid en via de bloedbaan naar de kransslagaders wordt geleid. Via de katheter spuit de arts vervolgens contrastvloeistof in de kransslagader, waarna het bloedvat en stroomafwaartse vertakkingen goed zichtbaar worden op een röntgenfilmpje.
Uit eerder onderzoek blijkt dat voetreflexologie angstdempende effecten heeft. 150 volwassen mannen in de leeftijd van 40 tot 80 jaar werden gerandomiseerd over drie groepen. Een uur voor de angiografie ontving iedereen een behandeling van twintig minuten. Dat was ofwel een voetreflexmassage op punten van het hart, de zonnevlecht en de pijnappelklier (interventiegroep), een ‘nep’-voetreflexmassage op punten van de uterus (controlegroep) of een placebobehandeling bestaande uit gerichte aandacht en vragen van de patiënt beantwoorden (placebogroep).
Er waren drie meetmomenten: voorafgaand aan de behandeling van twintig minuten, vlak voordat de patiënten de operatiekamer in werden gereden en direct na de ingreep. Bij de eerste meting was het niveau van angst tussen de groepen hetzelfde. Een uur na de behandeling bleek het niveau van angst in de interventiegroep significant gedaald ten opzichte van de controle- en de placebogroep.
Het hele artikel vindt u hier.
Bron:
Ramezanibadr, F., Amini, K., Hossaingholipor, K., & Faghihzadeh, S. (2018). The impacts of foot reflexology on anxiety among male candidates for coronary angiography: A three-group single-blind randomized clinical trial. Complementary Therapies in Clinical Practice, 32, 200–204.