Van moederschoot naar wereld
13 Dec, 2011
Door: Anna Verwaal
De eerste negen maanden vormen de rest van ons leven
De eerste indrukken die we opdoen, emotionele, verbale en somatische, zijn van invloed op de rest van ons leven. Niet alleen op onze gezondheid, onze relatie met onszelf en met anderen, maar ook op onze werksituatie en het leven van alledag.
Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat de vroegste indrukken doorwerken in ons leven als volwassene, zowel die van de conceptie, als van de prenatale fase en de geboorte. De meeste van deze ontdekkingen in epigenetisch onderzoek in de pre- en perinatale psychologie en gezondheid zijn in de afgelopen decennia gedaan. Dit verklaart waarom deze bevindingen nog niet in het collectieve bewustzijn zijn opgenomen en nog niet in de medische en verloskundige leerboeken staan. Het gevolg hiervan is helaas dat het grootste deel van de mensen die tijdens de bevalling voor vrouwen en baby’s zorgt, ook niet op de hoogte is van deze nieuwe bevindingen.
Het gevolg hiervan is helaas dat het grootste deel van de mensen die tijdens de bevalling voor vrouwen en baby’s zorgt, ook niet op de hoogte is van deze nieuwe bevindingen.
Het is niet eens zo heel erg lang geleden dat artsen de foetus de ‘perfecte parasiet’ noemden, die veilig opgeborgen in de baarmoeder door de immer waakzame placenta beschermd zou zijn tegen vervuilers en gifstoffen. Maar dat is niet de enige verkeerd gebleken aanname. De medische wetenschap ging er ook vanuit dat een pasgeboren baby geen pijn voelde. Laat staan dat er aandacht was voor wat er met de baby gebeurde voordat de navelstreng werd doorgeknipt. Nu weten we dat de placenta niet de barrière is die we dachten en dat de baby alles ervaart en beleeft wat de moeder voelt, zowel fysiek als emotioneel.
Ten grondslag aan deze verandering van ons systeem van overtuigingen ligt het radicaal nieuwe begrip van het provocatieve veld van foetale oorsprong, ontstaan na meer dan twintig jaar onderzoek. Dr. Bruce Lipton, een bekend Amerikaans cellulair- en ontwikkelingsbioloog, heeft ontdekt dat niet alleen de set genen die ouders op het moment van conceptie meegeven aan hun kind, de genetische afdruk bepaalt, maar ook de wijze waarop de moeder haar omgeving ervoer in de laatste maanden voor de daadwerkelijke conceptie. Beide ouders, die het sperma en de eicel ontwikkelen, beïnvloeden de selectie van genen al voordat deze worden vrijgelaten voor de bevruchting.